Het klinkt makkelijker dan dat het is: een onbewogen foto maken. Het klinkt vanzelfsprekend dat je onbewogen foto’s maakt, maar het resultaat wil nog wel eens tegenvallen terwijl dit makkelijk voorkomen had kunnen worden.
Er zijn veel tips over dit onderwerp te vinden op internet, maar ik kies er voor om een eenvoudig ezelsbruggetje te gebruiken. Ik vind dat elke beginnende fotograaf deze moet weten. In dit voorbeeld gebruik ik een fictieve lens met een brandpuntsafstand van 10 tot 100 mm. Het diafragma en de ISO-waarde laat ik in dit voorbeeld buiten beschouwing.
Beeldstabilisatie
Veel lenzen zijn uitgerust met beeldstabilisatie om kleine bewegingen van de fotograaf te compenseren. Beeldstabilisatie compenseert alleen bewegingen gemaakt door de fotograaf wanneer deze bijvoorbeeld ademt, de ontspanknop indrukt of nog een klein beetje bijdraait om zijn positie te veranderen.
De beeldstabilisatie voorkomt geen bewogen foto’s wanneer de sluitertijd niet is aangepast op het te fotograferen onderwerp. Het compenseert alleen bewegingen van de camera zelf.
Sluitertijd gelijk aan brandpuntsafstand
Dat is het ezelsbruggetje. Zorg ervoor dat je sluitertijd gelijk is aan het brandpuntsafstand van de lens waarmee op dat moment gefotografeerd wordt.
Een voorbeeld:
Een fotograaf wil een foto maken van een landschap en heeft zijn lens ingesteld op 10mm. Het brandpuntsafstand is in deze situatie 10mm. De minimale sluitertijd in deze situatie is 1/10 seconde. Deze sluitertijd is genoeg om te zorgen voor een onbewogen foto.
Een ander voorbeeld:
Een fotograaf staat bij een sportwedstrijd en heeft zijn lens ingesteld op 100mm. Hij wil een onbewogen foto maken. Daarvoor zal hij minstens een sluitertijd van 1/100 seconde moeten hanteren om ervoor te zorgen dat zijn foto onbewogen is.
Deze twee voorbeelden geven een goed beeld wat je minimale sluitertijd moet zijn om onbewogen foto’s te kunnen maken in ideale situaties. Probeer er altijd voor te zorgen dat de sluitertijd hoger is dan het minimum zodat je zeker bent van onbewogen foto’s.
Waar vind ik het brandpuntsafstand?
In vrijwel alle gevallen staat dit op de lens samen met nog andere specificaties. Meestal wordt het hele bereik van de lens aangegeven en staan er ook nog andere brandpuntafstanden bij de instelring.
Een voorbeeld van een Canon lens:
Een voorbeeld van een Nikon lens:
Andere mogelijkheden
Je kunt er voor kiezen om een statief te gebruiken om de kans op bewogen foto’s drastisch terug te brengen. Wanneer je gebruikt maakt van een statief schakel dan de beeldstabilisatie uit. Dit zorgt voor een iets scherpere foto.
Ook kun je, wanneer er geen statief binnen het bereik is, ervoor kiezen om de camera ergens op te zetten of tegenaan te houden. Op deze manier kun je van je omgeving een statief maken. Oordeel in dit geval op basis van de stevigheid van de ondergrond of het noodzakelijk is dat de beeldstabilisatie wordt uitgeschakeld.